Ik heb het nooit over Facebook; ik heb het altijd over het satanische Facebook. Ik heb namelijk nogal een haat-liefdeverhouding met het satanische Facebook. Op 4 juni 2007 registreerde ik me en baalde toen dat er nog nauwelijks bekenden op zaten. Zeven jaar later zitten mijn broers, neven, nichten, tantes, ooms, zelfs mijn kinderen op Facebook. Toch besloot ik op 15 juli om mijn Facebookprofiel maar eens een tijdje op pauze te zetten; ik besloot mee te doen aan 99 Days Of Freedom.
Bizar experiment
Begin juli was duidelijk geworden dat Facebook een bizar experiment met gebruikers had gedaan. Een deel van deze gebruikers kreeg meer positief en een ander deel meer negatief nieuws te zien. In beide gevallen leidde dat, niet verrassend, tot meer negatieve of positieve berichten van de gebruikers. Facebook bleek dus in staat om de stemming van zijn gebruikers beïnvloeden. Zoveel macht hoort geen enkel bedrijf te hebben. Voor veel mensen was dit de druppel die de emmer deed overlopen.
Facebook had al een belabberde reputatie op privacy-gebied. De instellingen voor wat je deelde met welke mensen waren notoir vaag ontworpen. Onder interactie-ontwerpers heten dit soort truukjes ook wel dark patterns, of ‘privacy zuckering’. Eerder, in maart, kwamen privacybewakers al in het geweer tegen de overname door Facebook van Whatsapp. Kortom: Facebook is – als het om privacy gaat – de satanische satan.
99 Days Of Freedom is een initiatief van communicatiebureau Just uit Leiden. Het doel van de actie – zegt Just – is niet om Facebook te beschadigen. Het doel is om gegevens te verzamelen over de emotionele en praktische gevolgen van tijdelijk stoppen met Facebook. Eigenlijk is dit vergelijkbaar met het bizarre experiment van Facebook zelf, maar dan wel gecontroleerd en met medeweten van de deelnemers. Voor mij is het een mooi moment om nog eens kritisch na te denken over wat ik wel en niet tof vind aan Facebook.
40 dagen Facebookloos
Als het zo makkelijk zou zijn om Facebook op te geven zou ik het allang hebben gedaan. Het is een belangrijk communicatiemiddel. Met sommige vrienden communiceerde ik alleen via FB chat. Sommige mensen kan ik alleen volgen op Facebook omdat ze niet actief zijn op andere sociale kanalen. Lang niet al mijn vrienden, bekenden, collega’s zitten op Twitter. Ik mis ze; ik heb het idee dat ik me buitensluit. Dat geef ik eerlijk toe. Maar ik heb geen afkickverschijnselen, zoals ik had toen ik in 2011 twee weken niet twitterde.
Daarnaast heb ik facebook ook nog praktisch nodig. Voor sommige van mijn klanten of hobbyprojecten onderhoud ik ook de Facebookpagina. Dat kan ik dus eigenlijk niet meer doen. Zo krijg ik een mail van iemand die hulp zoekt; meer specifiek zoekt ze vertalers Tibetaans / Frans / Nederlands. Die vraag zou ik normaal gesproken gesteld hebben via onze Facebook-pagina. De vraag is te specifiek om er nog een apart nieuwsberichtje van te maken. Ik heb daarom iemand anders gevraagd om deze vraag te stellen via onze Facebookpagina.
Ook heb ik allerlei processen geautomatiseerd. Als ik een bericht plaats op site X wordt dit automatisch op mijn Facebook-account geplaatst. Als ik een plaatje pin op Pinterest heb ik de keuze deze automatisch door te plaatsen naar Facebook en Twitter. Soms heb ik bewust gekozen om toch automatisch door te plaatsen. Dat geeft misschien een rare indruk: “Hij is er niet, maar hij plaatst toch van alles door”.
Inmiddels heb ik het starre van me afgeworpen. Als ik iets moet opzoeken op Facebook, dan doe ik dat gewoon. Ik klik op geen enkele Vind-ik-leuk-knop, kijk niet naar alle meldingen, maar ga gewoon rechtstreeks op mijn doel af. Pragmatisme, hou ik van.
Hoe nu verder?
Aan het einde van de film The Social Network’ (2010) zegt Marylin Delpy:
You’re not an asshole, Mark. You’re just trying so hard to be.
Ik heb nog ruim 50 dagen de tijd om na te denken wat ik verder op Facebook te zoeken heb. Als ik nu ga plussen en minnen kom ik niet terug. Aan de min-kant:
Dat algoritme
Het algoritme dat bepaalt wat je wel en niet ziet op je Facebook-wall. Dat is echt verschrikkelijk. In tegenstelling tot Twitter heb je amper controle over welke berichten je leest. Over hoe waanzinnig slecht dat algoritme is:
-
Lees hoe Facebook slaagt in het wegfilteren van berichten over de rellen in Ferguson
Ergo: Facebook kan ook ingezet worden als instrument voor crowd control, door alle berichtgeving uit te schakelen. -
Lees over wat Facebook voor je verbergt
Of het klopt dat je heel veel oude berichten ziet via Facebook? Uhuh. -
Lees welk gevolg het heeft als je ALLE berichten vind-ik-leukt op je timeline
Hoe meer je de computer laat bepalen wat je leuk vindt hoe meer de computer berichten van echte mensen wegfiltert. Heel gek. -
Lees wat er gebeurt als je NIKS meer leuk vindt op je timeline
Precies: de echte mensen keren weer terug in je timeline.
“If you don’t pay for the product, you’re the product being sold”
Het filteren van berichten van pagina’s die je eerder geliket hebt toont aan dat Facebook zoveel mogelijk winst wil halen uit bedrijven die Facebook als advertentieplatform gebruiken. Waar voorheen bedrijven gratis publiciteit konden krijgen via Facebookacties, moeten ze er nu voor betalen. En al betaal je ervoor, het is nog maar de vraag of je het bezoek trekt dat je wilt hebbben. Dat regelt Facebook wel even voor je namelijk. Bekijk The Facebook Fraud:
(bekijk The Facebook Fraud op YouTube)
Of anders Ancilla, die verbaasd constateert dat ze 75.000 pagelikes heeft terwijl maar 600 mensen een bericht van haar zien
Eigen content
Denk je dat je over 10 jaar je berichten nog terug kunt lezen? Ik zou er niet van uit gaan. Al die lieve babyfoto’s. Die foto’s van je jonge pup. Die geweldige vakantiefoto’s. Je uploadt het naar Facebook naar 1 grote content-silo waar het nooit meer uitkomt. Ik kan het niet hard genoeg van de daken schreeuwen: via Facebook bouw je geen eigen archief op. Onderhoudt je eigen website en laat daarvandaan berichten doorplaatsen. De Dolle Mina’s riepen: “Baas in eigen buik”. Ik zeg: “Baas over eigen content”
De gustibus non est disputandum
Het “Baas over eigen content” geldt niet alleen voor het opbouwen van je eigen archief. Het geldt ook voor wat je op Facebook wel of niet mag zeggen.Facebook bepaalt wat goede en slechte smaak is. Blote borsten – ook op PSP-verkiezingsposters – mogen niet. Daarentegen is Facebook coulanter voor misogynie, racisme en grof geweld. Over smaak valt niet te twisten, want Facebook bepaalt wat goede en slechte maak is.
Kortom
Facebook is de satanische satan. Als iedereen nou gewoon in 1 keer stopte met Facebook zou ik het met een gerust hart achter me laten.